Een werknemer dient professioneel om te gaan met (negatieve) feedback
maart, 2013
Een werknemer dient professioneel om te gaan met (negatieve) feedback
LJN BY8864, Rechtbank Utrecht, sector Kanton, 12-09-2012
Werkneemster is sinds 1996 in dienst bij Werkgeefster als secretaresse. Begin januari bekleedt zij de functie van Medewerker Academie met andere bevoegdheden en werkzaamheden.
Een jaar later vindt er een beoordelingsgesprek plaats tussen Werkneemster en haar leidinggevende. In het gesprek komt naar voren dat Werkneemster op enkele punten onvoldoende functioneert. De beoordeling is in totaal wel voldoende.
Ongeveer 3 weken na het gesprek meldt Werkneemster zich ziek. De bedrijfsarts concludeert dat Werkneemster volledig arbeidsgeschikt is, maar dat er sprake is van een verstoorde arbeidsverhouding. Als Werkneemster onder de huidige omstandigheden weer aan het werk gaat, zal dit op korte termijn weer tot uitval leiden. Het advies is om een mediationtraject te volgen, welk advies partijen opvolgen.
Tijdens de mediation maken partijen de afspraak dat Werkneemster geleidelijk aan haar werkzaamheden zal hervatten en binnen een aantal weken weer volledig aan de slag gaat. De mediator adviseert nog drie extra mediationgesprekken in te plannen nu partijen hard hun best doen om tot elkaar te komen, maar de mediator nog geen vertrouwen heeft in een stabiele samenwerking. Partijen volgen ook het advies van de drie extra gesprekken op, waarna de mediator concludeert dat het conflict is opgelost.
De leidinggevende bericht Werkneemster vervolgens per email dat de werkhervatting wordt aangepast en dat het buitengewoon verlof van Werkneemster na twee weken zal stoppen. Werkneemster antwoordt daarop dat zij langzaam wilt gaan opbouwen en afhankelijk van haar gevoel per week meer wilt gaan werken. Twee dagen later mailt Werkneemster dat ze twijfelt of haar gezondheid de urenopbouw aankan en dat zij het geplande overleg met haar leidinggevende wil uitstellen.
De leidinggevende bericht Werkneemster in reactie daarop dat de werkgever de uitslag van het deskundigenoordeel en van de bedrijfsarts (Werkneemster is arbeidsgeschikt) als uitgangspunt neemt en dat mevrouw na de termijn van twee weken haar werkzaamheden zal moeten hervatten. Werkneemster gaat daar niet in mee, waarna de werkgever een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst indient.
Beoordeling
De kantonrechter oordeelt als volgt op het ontbindingsverzoek van werkneemster. Over de opstelling van de leidinggevende kan niet gezegd worden dat deze niet correct is geweest. Het geven van feedback en ook negatieve feedback, tijdens het werk of tijdens een beoordelingsgesprek, behoort tot de taak van de leidinggevende. Een werknemer moet daar – ook al onderschrijft – hij die kritiek niet – op een professionele manier mee om kunnen gaan. Dat kan anders zijn indien de negatieve feedback (of kritiek) onnodig grievend wordt gebracht of elke grond ontbeert. Naar het oordeel van de kantonrechter is hier niet van gebleken en kan de werkgever geen verwijt worden gemaakt van het feit dat Werkneemster een arbeidsconflict is gaan ervaren dat aanleiding heeft gegeven tot haar ziekmelding. Werkgever heeft alle adviezen om tot een oplossing van het geschil te komen, opgevolgd en zich na het oordeel van de bedrijfsarts en het UWV terecht op het standpunt gesteld dat Werkneemster weer aan het werk moest. Werkneemster was immers niet arbeidsongeschikt en het conflict was opgelost. De gronden voor Werkneemster om niet mee te gaan in de door Werkgever voorgestelde werkhervatting, ontbreken dan ook. Het is voorstelbaar dat naar aanleiding hiervan voor Werkgever de maat vol was.
De kantonrechter ontbindt de arbeidsovereenkomst met een zeer beperkte vergoeding (C = 0,2) gelet op de verwijtbaarheid van Werkneemster.
Terug naar nieuws