Werkgever is bij een arbeidsconflict verplicht tweede spoor in te zetten

september, 2012

22 februari 2012, LJN BV6619, Centrale Raad van Beroep

Gedurende de eerste twee ziektejaren wordt zowel van een werkgever als van een werknemer verwacht dat ze voldoende re-integratie inspanningen verrichten. Indien een werkgever tijdens de eerste twee ziektejaren van een werknemer onvoldoende re- integratie inspanningen verricht, kan het UWV een loonsanctie opleggen aan de werkgever. Deze loonsanctie houdt in dat het loon aan de werknemer nog 52 weken moet worden doorbetaald.

Uit de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 22 februari jl. volgt dat een werkgever bij een arbeidsconflict verplicht is om een tweede spoor (re-integratie richting een andere werkgever) in te zetten. De casus was als volgt:

Op 20 september 2006 meldt de werknemer zich ziek bij de werkgever. Er is sprake van een (ernstig) arbeidsconflict.

Op 11 mei 2007 (zeven maanden na ziekmelding) heeft de werkgever bij het UWV een aanvraag ingediend voor een deskundigenoordeel. Zij heeft op het aanvraagformulier de vraag geformuleerd of zij tot nu toe voldoende re-integratieverplichtingen heeft verricht. Daarnaast heeft zij aangegeven dat zij niet de mening van de werknemer weet ten aanzien van de re- integratieverplichtingen, daar geen contact met de werknemer kan worden gelegd (de bedrijfsarts heeft aangegeven dat contact moet worden gemeden tussen werkgever en werknemer). Naar aanleiding van deze aanvraag heeft de deskundige een onderzoek ingesteld en op 14 juni 2007 een rapport uitgebracht waaruit volgt dat de werkgever niet te verwijten is dat tot op dat moment niets is gedaan aan re-integratie. De deskundige is uitgegaan van het feit dat werknemer volgens de bedrijfsarts volledig arbeidsongeschikt is en werknemer in verband met psychische spanningen als gevolg van een arbeidsconflict nog niet in staat is om een gesprek aan te gaan over de toekomst bij zijn huidige werkgever dan wel elders. Ook heeft de deskundige in zijn rapport aangegeven dat het instrument van mediation moet worden ingezet wanneer de tijd rijp is, en het daarbij de taak van de werkgever is om via de bedrijfsarts de vinger aan de pols te houden. Bovendien heeft de deskundige gewezen op het belang van de tussentijdse evaluatie na één jaar ziekte.

In een eerder uitspraak van de Centrale  Raad van Beroep (20 juli 2011, LJN BR2382) heeft de Raad overwogen dat in beginsel de werkgever mag uitgaan van de juistheid van een deskundigenoordeel indien een bevestigend antwoord is verkregen op de vraag of de inspanningen tot re-integratie van werkgever en werknemer tot op dat moment voldoende zijn geweest. Het UWV kan ook aan het deskundigenoordeel worden gehouden, volgens de Raad, tenzij het UWV aannemelijk heeft kunnen maken dat de werkgever vanaf de datum van het deskundigenoordeel tot het einde van de wachttijd alsnog tekort is geschoten in haar re-integratieverplichting.

In de onderhavige zaak is het deskundigenoordeel zeven maanden na de ziekmelding van de werknemer opgesteld. In de daaropvolgende maanden tot het einde van de wachttijd zijn door de werkgever geen re-integratie-inspanningen meer verricht. Daarbij is het UWV tot de conclusie gekomen dat de werkgever in de resterende periode alsnog tekort is geschoten in haar re-integratieverplichtingen.

De Raad wijst op de Beleidsregels beoordelingskader Poortwachter en het belang van de tussentijdse evaluatie na één jaar ziekte. Deze evaluatie heeft niet plaatsgevonden. Daarnaast is de Raad van oordeel dat mag worden verwacht dat wanneer de re-integratie-inspanningen in het eigen bedrijf geen resultaten hebben opgeleverd , werkgever en werknemer voorbereidingen starten met het oog op re-integratie bij een andere werkgever. Dat de werknemer geen contact meer wenste met de werkgever doet daar niet aan af: dit contact had immers via de Arbodienst en / of de bedrijfsarts kunnen lopen.

Conclusie voor de praktijk: werkgever moet het tweede spoor inzetten zodra duidelijk wordt dat het eerste spoor weinig resultaat oplevert. In dat geval kan het tweede spoor worden ingezet naast het eerste spoor.  Als de werknemer daar (nog) niet aan wil meewerken, wordt van de werkgever verwacht dat hij gebruik maakt van zijn sanctiemogelijkheden (stopzetten loondoorbetaling). Laat de werkgever dat na, dan riskeert hij daarmee een loonsanctie in het derde ziektejaar.

26-09-2012 © Arbor Advocaten.

Terug naar nieuws