Redelijke gronden voor ontslag
In de WWZ is bepaald dat de werkgever de arbeidsovereenkomst alleen kan opzeggen indien daar
i) één (of meer) een redelijke grond voor is. De wet bevat de volgende limitatieve opsomming van de redelijke gronden voor opzegging van de arbeidsovereenkomst:
- het vervallen van arbeidsplaatsen wegens bedrijfsbeëindiging of bedrijfseconomische omstandigheden
- ziekte of gebreken van de werknemer (mits langer dan twee jaar en geen zicht op herstel binnen 26 weken)
- regelmatig ziekteverzuim met voor de bedrijfsvoering onaanvaardbare gevolgen
- disfunctioneren, mits de werkgever de werknemer i) tijdig over zijn disfunctioneren in kennis heeft gesteld, ii) in voldoende mate in de gelegenheid heeft gesteld om zijn functioneren te verbeteren en iii) het disfunctioneren niet het gevolg is van onvoldoende scholing
- verwijtbaar handelen van de werknemer, zodanig dat in redelijkheid niet van de werkgever kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren
- het weigeren van arbeid op grond van gewetensbezwaren
- een verstoorde arbeidsverhouding zodanig dat in redelijkheid niet van de werkgever kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren
- andere omstandigheden die zodanig zijn dat in redelijkheid niet van de werkgever kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren
en
ii) herplaatsing, al dan niet met behulp van scholing, in een andere passende functie niet mogelijk is of niet in de rede ligt.